Twitter Facebook Linkedin
27 mei 2017  -  MEDIA

De voersamenstelling op papier zegt lang niet alles

- Door Ilona Lesscher, Nieuwe Oogst

Mengvoederbedrijf Fransen Gerrits introduceerde enkele weken geleden de 4Q biggenvoerlijn. Jan van Haperen, nutritionist bij het Brabantse mengvoerbedrijf, licht de achtergronden toe.

Interview

Waarom een nieuw voeder?

'In Nederland produceren we steeds meer biggen per zeug. In combinatie met de inzet van andere genetica komt daardoor het speengewicht onder druk. Gemiddeld gaat in Nederland nu zo'n 5 tot 10 procent weg als slachtbig. 'Voor ondernemers liggen daar kansen om meer rendement te halen. Wij verwachten dat we met dit voer dat percentage kunnen terugbrengen naar 2,5 tot 3,5 procent.'

Wat rechtvaardigt die verwachting?

'Wij hebben praktijkproeven gedaan bij 33.350 biggen en zagen daar een voederconversie die 0,13 punt scherper is dan het Agrovision gemiddelde. Daarnaast blijkt uit de proeven een positief effect op groei en gezondheid in de vorm van minder uitval, lager medicijngebruik en minder oornecrose.'

'De biggen kunnen met relatief weinig voer optimaal groeien, waardoor de darmen minder worden belast. Een van de deelnemers zag de biggen met 50 gram per dag toenemen. Hij had eerst plaatsen tekort, maar heeft nu ruimte genoeg.'

Waarin onderscheidt 4Q zich van jullie andere speenvoer?

'Het uitgangspunt voor het voer is wat de behoefte van een big is en wat opneembaar in het voer zit. Het is voor het eerst dat wij dat gekoppeld hebben. De samenstelling van een voer op papier zegt namelijk niet alles. In dit voer telt de kwaliteit van de grondstoffen zwaar.

'Omdat een big de eerste week na spenen altijd te weinig vreet, bevat het voer smakelijke eiwitbronnen, geschoonde en gedeeltelijk ontsloten granen en specifieke vezels en vetzurenpatronen. Met elkaar zorgen die voor een goede voeropname, betere eiwit- en zetmeelvertering en lage darmbelasting. 'Daarnaast hebben we veel energie gestoken in het vinden van het optimale persproces.'

Waarom doet dat ertoe?

'Elke diergroep stelt andere eisen aan een brok. Tijdens het productieproces kun je dat sturen met vocht, persdruk, temperatuur en tijd. Biggen kunnen een zachte korrel beter benutten. We hebben de grenzen in slijtvastheid van de korrel gezocht. De korrel is zacht, maar valt toch niet direct uit elkaar.'

Hoe is het voer ontvangen?

'Goed. We wilden het kleinschalig implementeren, maar kregen zoveel vraag dat het supersnel ging. Vermeerderaars durven te kiezen voor luxe. Het voer geeft een hoger rendement en het werkt plezierig.'


BRON: Nieuwe Oogst editie 27 mei 2017, Ilona Lesscher